Er wonen en werken steeds meer mensen in de Leidse regio. De wegen worden hierdoor steeds drukker, waardoor de bereikbaarheid, leefbaarheid en veiligheid ook verder onder druk komen te staan. Daarom werken de provincie Zuid-Holland en de gemeenten Leiden, Oegstgeest, Katwijk (Rijnsburg) en Noordwijk al enige tijd samen om dit verbeteren. 

Mogelijkheden voor verbeteringen

In 2024 hebben we onderzocht hoe we de route en de omgeving van de bestaande busverbindingen lijn 20 en 21 tussen Leiden en Noordwijk door Rijnsburg en Oegstgeest kunnen verbeteren. Denk hierbij aan het aantrekkelijker maken van het gebied rondom de route van lijn 20 en 21 met 

  • meer ruimte voor fietsers
  • meer veiligheid voor verkeersdeelnemers en
  • minder verkeersoverlast. 

Uit het onderzoek en ook uit de begin 2024 gehouden enquête en bewonersavonden in de betrokken gemeentes komen diverse voorstellen die bij zouden kunnen dragen aan deze doelstellingen.

Gevaarlijke situaties

Veel omwonenden geven aan de conflicten tussen auto’s en fietsers gevaarlijk te vinden. Vooral bij de rotondes in Leiden en Oegstgeest ontstaan grote vertragingen en gevaarlijke situaties. Ook ervaren veel mensen overlast en verkeersonveiligheid door de hoge snelheid van het autoverkeer. Op gedeelten van de Rijnsburgerweg is het gevaarlijk om over te steken en ontbreken voetpaden. Wat betreft openbaar vervoer wordt aandacht gevraagd voor de toegankelijkheid van haltes en de doorstroming van de bussen.

Analyse en conclusies

Het onderzoeksbureau heeft een uitgebreide analyse uitgevoerd naar de verkeersveiligheid en de verkeersafwikkeling van auto’s, fietsers en openbaar vervoer. De analyses bevestigen grotendeels de ervaringen van bewoners.

De grote aantallen auto’s en fietsen hebben tot gevolg dat het verkeer op de Bargelaan en bij de Posthofrotonde in Leiden en bij de Willibrordrotonde in Oegstgeest niet meer goed kan doorrijden. Dit zorgt ook voor onbetrouwbare reistijden van het openbaar vervoer en voor overlast voor omwonenden. Op andere plekken langs het tracé zorgt de weginrichting (te brede weg, onoverzichtelijke situatie) voor onveiligheid en verslechterde leefbaarheid; dit betreft onder meer de Rijnzichtweg oost in Oegstgeest en de Rijnsburgerweg in Rijnsburg. In de Brouwerstraat in Rijnsburg zorgt het smalle profiel voor conflicten tussen weggebruikers.

Sleutel tot succes

Voor Leiden is de hoofdconclusie van het onderzoek dat het verminderen van de hoeveelheid autoverkeer op het Leidse gedeelte van de Rijnsburgerweg de sleutel tot succes is. Alleen dan kan de verkeersveiligheid voor voetgangers en fietsers worden verbeterd en kan de doorstroming van het openbaar vervoer op peil worden gebracht voor een HOV/R-net-lijn. Dit kan worden bereikt door de Rijnsburgertunnel (onder het spoor) in Leiden af te sluiten voor autoverkeer, in één of meerdere richtingen. 

Deze maatregel heeft een positief effect voor gebruikers uit alle gemeenten. Uit onderzoeken die gelijktijdig worden gedaan in het kader van de MIRT verkenning Knoop Leiden blijkt dezelfde (gedeeltelijke) afsluiting van de Rijnsburgertunnel een randvoorwaarde voor het mogelijk maken van de onderzochte kansrijke alternatieven met een nieuwe locatie voor het busstation. Voor de delen van het tracé in Oegstgeest en Rijnsburg wordt aanbevolen de weg anders in te richten met meer ruimte voor voetgangers en fietsers.

Besluitvorming en vervolgtraject

Er wordt nu aanvullend verkeersonderzoek wordt gedaan. We kijken vooral naar de inpasbaarheid van de maatregelen en ook de kosten worden in kaart gebracht. De plannen hebben natuurlijk ook consequenties voor het verkeer elders.

Mogelijk extra verkeer in Oegstgeest

Zo zorgt de afsluiting van de Rijnsburgertunnel mogelijk voor extra verkeer op andere wegen in Oegstgeest en Leiden; dat moet uiteraard zorgvuldig worden onderzocht. Ook andere aanpassingen aan wegen worden doorgerekend op verkeersveiligheid en bereikbaarheid van bestemmingen. Voor Oegstgeest is hierbij een belangrijk aandachtspunt de afstemming tussen de nieuwe gewenste maatregelen en de al bestaande plannen.

Na afronding van dit vervolgonderzoek en de bespreking van de resultaten met omwonenden en andere belanghebbenden wordt de initiatieffase van dit project afgerond en volgt besluitvorming over mogelijke vervolgstappen. Een besluit over het vervolg kan pas worden genomen nadat in Leiden besluitvorming heeft plaatsgevonden over de Rijnsburgertunnel en er zicht is op financiering voor de uitvoering van het project.